Schoenen zijn al ruim 1000 jaar een modeverschijnsel. Voor die tijd diende schoeisel eigenlijk alleen om de voeten te beschermen. Uiteraard bieden schoenen ook in onze tijd nog steeds bescherming tegen vuil, kou, harde ondergrond etc. maar het mode-element is een belangrijk aspect.

Tot ca. 1500 voor Christus was het heel normaal om op blote voeten te lopen. Geleidelijk werd het minder 'normaal' om op blote voeten te lopen en ging men op sandalen lopen. Het model van de sandaal was voor arme en rijke mensen vrijwel hetzelfde, het verschil bestond uit de versieringen en het materiaal waarvan ze waren gemaakt. Leren schoenen waren duur, schoenen van gevlochten riet en palmbast niet.

In de klassieke oudheid droeg iedereen sandalen; of de drager nu rijk of arm, klein of groot, man of vrouw was. In die tijd was het al in de mode om hoge kurkzolen te dragen zodat vrouwen langer en slanker leken.

In de Romeinse tijd kwamen er meerdere modellen. Zo was er voor de rijken keuze uit sandalen, dichte schoenen en laarzen. Romeinen vonden schoenen erg belangrijk.

In de loop der eeuwen veranderde de keuze voor materiaal, kleur en vorm en dat bleef zich telkens weer veranderen en dat tot op de dag van vandaag; van puntig naar hoekig en van hoekig naar rond en weer naar puntig etc.

Verschillende soorten

Er zijn talloze soorten schoenen; voor uiteenlopende sporten, gelegenheden en gebruik.

Voorbeelden zijn o.a.:

Gebruiken

In veel Aziatische culturen, zoals de Chinese, Japanse en Koreaanse cultuur, is het een gebruik dat je je schoenen bij de voordeur laat staan en binnenshuis op slippers loopt. Dat is niet alleen zo voor huizen maar ook voor bepaalde ruimten in restaurants, in hotelkamers, kantoren etc. In laatstgenoemde openbare ruimten staan veelal slippers klaar voor gasten. Het is zeer onbeleefd om schoenen aan te houden en er wordt ook vrijwel onmiddellijk op gewezen. Schoenen die buiten worden gedragen zijn per definitie nooit 'schoon' en horen dus niet in een huis.